In deze periode van management op afstand is het ook goed om afstand van je organisatie te nemen en die te herzien. Om daarin een uitdagend perspectief te bieden is het in deze rare tijd misschien goed om het gedachtengoed van Weick en Sutcliffe (2015) over de High Reliability Organization (HRO) eens te pakken. Een HRO is een organisatie die een hoge mate van performance nastreeft in een situatie waarin de risico’s van fouten zeer groot zijn. Het lijkt er sterk op dat een aantal organisaties c.q. overheden daar wel wat van had kunnen gebruiken in hun organisatie ontwikkeling.
Hoog-betrouwbare organisaties hebben vijf belangrijke kenmerken, te weten: 1) medewerkers hebben een sterke focus op (bijna) fouten en zoeken altijd naar zwakke signalen van verstoringen en nemen die serieus, 2) er wordt niet(s) gesimplificeerd, 3) alle medewerkers zijn verbonden met en betrokken op het operationele proces, 4) er is duidelijk veerkracht en vasthoudendheid en 5) er is respect voor expertise.
Om zover te komen gelden er wel een aantal randvoorwaarden: 1) managers en medewerkers houden elkaar zelfstandig op te hoogte houden van de prestaties van de organisatie, 2) zij hebben een gemeenschappelijk referentiekader over de doelen van de organisatie, 3) er is ruimte voor redundantie c.q. overcapaciteit, 4) er is ruimte voor creativiteit bij het bepalen van alternatieve oplossingen voor problemen en 5) de onderlinge relaties staan centraal, waarbij anonimiteit en afstandelijkheid voorkomen worden.
Mocht je hiervoor voelen, neem dan ook nog het antifragiele perspectief van Taleb (2012) eens mee. Antifragiliteit wordt gedefinieerd als de eigenschap van systemen waardoor ze sterker worden wanneer ze uit hun homeostase worden gehaald. Een voorbeeld daarvan is menselijk of dierlijk bot. Wanneer een bot breekt, zal het na herstel op de plaats van de breuk sterker zijn dan daarvoor. Eenzelfde principe geldt voor spierweefsel. Na een goede training herstelt de spier middels overcompensatie, zodat deze sterker is dan daarvoor.
Tot op heden waren we gewend om te denken in risico’s: het voorkomen van onzekere en schadelijke gebeurtenissen en situaties. Helaas is duidelijk dat we niet meer alles kunnen voorkomen. Het denken in antifragiliteit kan dus helpen dat te compenseren. Het streven is om te zorgen dat jouw organisatie na iedere volgende verstoring beter presteert dan daarvoor. Dat begint bij erkennen welke organisatie onderdelen momenteel fragiel zijn en creatief na te denken over hoe die onderdelen antifragiele kenmerken gaan krijgen. En dat in combinatie met het HRO perspectief waarin expertise weer gewaardeerd wordt. Taleb, N. N. (2012). Anti-fragile: Things that Gain from Disorder. London, England: Penquin Group, UK
Weick, K. E., & Sutcliffe, K. M. (2015). Managing the Unexpected: Sustained Performance in a Complex World (Third Edit). Hoboken, NJ: John Wiley & Sons Inc.
Comentarios